Vlaams minister Peeters legt bom onder fietsinvesteringen
De vijf Vlaamse provincies investeerden in 2021 een recordbedrag van ruim 50 miljoen EUR in de Fietsfondsprojecten. Alleen al in de Provincie Oost-Vlaanderen gaat het om een totale investeringskost van bijna 12 miljoen EUR. Vlaanderen volgt het hoge investeringsritme van haar steden, gemeenten en provincies niet meer, waardoor deze krachtige tandem dreigt te ontsporen.
Voor Oost-Vlaanderen werd door minister van mobiliteit Lydia Peeters 3 miljoen EUR financiering via het Fietsfonds voorzien. Dat bedrag was niet alleen initieel zwaar ontoereikend, het is bovendien ook onduidelijk wanneer dat geld effectief naar de Provincie vloeit. Daardoor komen alle fietsprojecten in het gedrang, zowel projecten die nu al in uitvoering zijn als projecten die binnenkort in uitvoering gaan. In Oost-Vlaanderen gaat het in de periode 2021 - 2022 over 113 projecten in 39 verschillende steden en gemeenten.
"Bijna 12 miljoen EUR: zoveel investeerde de Provincie Oost-Vlaanderen in verschillende fietsprojecten in tientallen Oost-Vlaamse gemeenten. We betreuren ten zeerste dat de Vlaamse Overheid in gebreke blijft en het aangegane engagement om in te staan voor de helft van de financiering niet nakomt. Dat hypothekeert in aanzienlijke mate verdere broodnodige investeringen in fietsinfrastructuur in heel onze provincie. De uitbouw van het netwerk van fietssnelwegen zal forse vertraging oplopen en tientallen fietsprojecten van de Oost-Vlaamse gemeenten lopen hierdoor het risico jaren uitgesteld te worden."
gedeputeerde Riet Gillis, bevoegd voor Mobiliteit
Hefboom voor fietsinfrastructuur
Het Fietsfonds is een samenwerking tussen de Vlaamse overheid en de Vlaamse provincies en is een krachtige hefboom voor de aanleg van bovenlokale fietsinfrastructuur. Een gemeente of stad kan tot 100% subsidies ontvangen. De Provincie prefinanciert de eigen fietssnelwegprojecten en de subsidies aan de steden en gemeenten, en vordert de helft van de bedragen terug van de Vlaamse Overheid.
Al bij aanvang van de legislatuur brachten de provincies via de Vlaamse Vereniging van Provincies (VVP) minister van mobiliteit Lydia Peeters op de hoogte van hun ambitieuze fietsinvesteringsplannen. De provincies stellen nu vast dat de minister de veelheid aan fietsprojecten niet meer kan volgen. In 2021 betaalde Vlaanderen slechts 1,5 miljoen EUR van de 25 miljoen EUR uit. Alleen al de Provincie Oost-Vlaanderen wacht nog op 5,7 miljoen EUR van minister Peeters.
Grote Versnelling wordt Grote Vertraging?
Omdat de provincies het Vlaamse aandeel voorfinancieren aan de steden en gemeenten, komt ook dat partnerschap onder druk. Als de betalingen vanuit Vlaanderen verder uitblijven, heeft dat zware gevolgen voor nieuwe projecten. De ‘Grote Versnelling’ wordt dan de ‘Grote Vertraging’ in de uitbouw van bovenlokale fietsinfrastructuur in Vlaanderen. Bovendien is er geen vooruitzicht of engagement dat er de komende jaren wel voldoende budget bij Vlaanderen wordt vrijgemaakt.
Minister van Mobiliteit Lydia Peeters beperkt de focus op projecten langs gewest- en waterwegen. Met het verschuiven van een fractie van haar fietsbudget kan zij ook alle Fietsfondsprojecten financieren. Toch kiest de minister ervoor om dit niet te doen. Meer nog, zelfs na een herhaaldelijke vraag vanuit de provincies, werden geplande overlegmomenten meermaals eenzijdig geannuleerd en blijft de minister onbereikbaar.
De Provincie Oost-Vlaanderen beschouwt de Vlaamse Overheid als een belangrijke partner in de versnelde uitbouw van fietsinfrastructuur en hoopt dat de minister alsnog de nodige middelen vrijmaakt.