‘Cool Towns’ brengt hittestress in Oost-Vlaamse gemeenten in kaart
Gewapend met mobiele weerstations trekken vanaf morgen drie onderzoeksploegen van de Provincie Oost-Vlaanderen op klimaatmissie door Oost-Vlaanderen. In de geselecteerde pilootgebieden (Merelbeke, Eeklo en Zelzate) voeren zij objectieve metingen naar hittestress uit. Tegelijkertijd bevragen ze voorbijgangers naar hun hitte-ervaringen. Hun opdracht kadert in het Europese Interreg 2 Zeeën project ‘Cool Towns’, waarvan de Provincie Oost-Vlaanderen deel uitmaakt.
De pers is welkom bij de eerste metingen die doorgaan in Merelbeke-Tuinwijk Jan Verhaeghen op vrijdag 23 augustus om 13u.
3 pilootlocaties
In Oost-Vlaanderen meten de onderzoeksploegen op 3 pilootlocaties:
- In Merelbeke wordt een deel van de bestrating in Tuinwijk Jan Verhaeghen, na een participatief traject, omgevormd tot een groenere ontmoetings- en speelzone.
- In Zelzate wordt de speelplaats van GO basisschool De Reigers vergroend en onthard. Deze school werkt samen met MOS (Milieuzorg Op School) Oost-Vlaanderen aan een klimaatgezonde speelplaats, die behalve klimaatgezond ook educatief en avontuurlijk is.
- In Eeklo wordt OCMW-Welzijnscampus De Zuidkaai heringericht: de open ruimte wordt een groene aangenamere verblijfsplek voor bewoners, bezoekers en medewerkers.
Meten is weten
De onderzoeksploegen testen verschillende maatregelen uit die de hittestress doen dalen. Zowel in Oost-Vlaanderen, als in verschillende buurlanden, voert men hittestressmetingen uit. Daarbij meet men voor en na de invoering van een hittebestrijdende maatregel. Zo wordt het effect van de maatregel duidelijk. De metingen van vandaag zijn dus een eerste belangrijke stap.
Maatregelen die de hittestress verminderen zijn: ontharden, vergroenen, voorzien van schaduw en verkoelende waterelementen, …
De metingen worden uitgevoerd op warme dagen vanaf 25°C, liefst bij heldere hemel, en op het warmste moment van de dag, tussen 12 en 16 uur.
Hittestress in steden en gemeenten
De vele verharde oppervlakten en aaneengesloten bebouwing in steden en gemeenten houden de warmte langer vast. Daardoor zijn de temperaturen in steden en gemeenten hoger dan op het platteland. Tijdens warme periodes kan dit voor hittestress zorgen: er is onvoldoende gelegenheid om af te koelen en de hitte wordt altijd maar ondraaglijker.
Steden en gemeenten missen momenteel essentiële kennis en instrumenten om hun pleinen, straten en gebouwen hittebestendig te maken. Daarom neemt de Provincie Oost-Vlaanderen deel aan het project ‘Cool Towns’, dat lokale besturen handvatten zal aanreiken om efficiënte hittemaatregelen te nemen.
Hittebestrijdingsplannen en klimaatadaptatie
De resultaten van het project 'Cool Towns' worden geïntegreerd in de gemeentelijke klimaatadaptatieplannen en verwerkt in de projectadviezen aan gemeenten voor wijkrenovatie. Ook worden ze opgenomen in het renovatie-advies dat het Steunpunt Duurzaam Wonen en Bouwen aan particulieren verleent.
“We willen gemeenten en steden stimuleren om aandacht te besteden aan het hitteprobleem als onderdeel van klimaatadaptatie met onder andere meer aandacht voor kwaliteitsvol groen en water. Maar ook particulieren, bedrijven en andere organisaties kunnen bijdragen door hittebestendig te (ver)bouwen, door bewust te kiezen voor meer groen en minder verharding, door meer bomen te planten en gevels te vergroenen, ...”
Gedeputeerde Riet Gillis, bevoegd voor Klimaat en energie
Europees project 'Cool Towns'
'Cool Towns' kadert in het Europese programma lnterreg 2 Zeeën, prioriteit klimaatadaptatie. 'Cool Towns’ is officieel gestart in september 2018 en loopt tot eind september 2022. Ook de volgende zomers zullen er dus metingen gebeuren in Oost-Vlaanderen om de effecten van de genomen maatregelen in beeld te brengen.